Recensie | Lucy (Nico Hoeijmans)

Je bent een jonge vrouw, in de bloei van je leven. Je woont tijdelijk in een Oosters, ver land. Je feest er op los en scharrelt wat af. Dan vraagt je huidige scharrel je een koffertje af te geven in een hotel. Voor je het weet zit je met drugs in je maag. Vanaf dan gaat het goed mis en verander je langzaam in een supercomputer.

Titel: Lucy
Regisseur: Luc Besson
Scenario: Luc Besson
Cast: Scarlett Johansson, Morgan Freeman, Analeigh Tipton, Min-sik Choi, Amr Waked, e.a.
Speelduur: 89 min
Genre: Actie
Te zien vanaf: 24 juli 2014

Drugs

Bovengenoemde overkomt Lucy (Scarlett Johansson). De drugs wordt in kunstmatige vorm in een plastic zak met een dubieuze chirurgische ingreep in haar buik geplaatst in opdracht van een ongure Koreaan (Min-sik Choi). Als knappe, jonge vrouw valt Lucy in de smaak bij de Koreaanse man. Ze is daar niet van gediend en laat dat – zo goed en zo kwaad als dat in haar situatie mogelijk is – merken aan haar (drugs)bewakers. Op hun beurt zitten deze niet te wachten op een dergelijk vrijdenkende vrouw en Lucy ondervindt dat aan den lijve. De zak drugs springt open en op dat moment springt het verhaal in volle vaart. Helaas ook in volle vaart uit de bocht.

Over de top

Het verhaal van Lucy wil meer vertellen dan de simpele ‘wraak’ of ‘liefde ontvoerd’ actiefilm. Regisseur Besson start zijn verhaal met een filosofisch uitgangspunt: de mens zou niet meer dan tien procent van zijn hersencapaciteit gebruiken. De drugs in Lucy’s lichaam zorgt ervoor dat zij haar hersencapaciteit steeds verder gebruikt. De essentiële vraag? Wat zal er gebeuren wanneer ze haar knappe koppie voor de volle honderd procent gebruikt.

De achtergrondinformatie voor deze theorie wordt gegeven door professor Norman (Morgan Freeman), die op een luchtige manier college geeft over wat men tot nu toe weet. Een fijne afwisseling met de bomvolgepakte actiescènes van Lucy. Besson vergeet echter één belangrijk ding uit te leggen. Waarom gaat de vergroting van de hersencapaciteit samen met een ongelovige vorm van hyperintelligentie en superkracht die er voor zorgen dat Lucy zonder veel moeite alles weet wat ze moet weten en vijanden veel heel goede Koreaanse huize moeten komen.

Het verhaal wil gelukkig niet helemaal realistisch zijn. Illustrerend hiervoor zijn de vele onlogische actiescènes waarin de Koreaanse drugsbende haar, vaak in het volle zicht van een troep agenten, onder vuur neemt. Een mooi voorbeeld is een lokale politiepost die een afvaardiging van de drugsbende uit het hospitaal heeft verdreven en achter Lucy aan gaat terwijl de overgevlogen Koreaanse criminelen letterlijk in vol beeld de munitie staat te checken, de wapens staat te (door)laden en de bivakmutsen over het hoofd trekt. De politie op de achtergrond rijdt echter zonder iets te doen met volle sirenes weg.

Lucy

Lucy

Dat dit alles veel over de top is, is niet erg. De grootste zwakte van de film is het lijdend voorwerp: Lucy. Dat het niet allemaal even realistisch is, geen probleem. Lucy is de moordenaar van haar eigen film. Hoewel Johansson met overtuiging acteert, is Lucy dermate sterk en intelligent dat ze eigenlijk geen hulp nodig heeft. Besson propt er toch een rits onnozele hulpjes in zonder enige functie. Zelfs professor Norman is eigenlijk op den duur niet meer in de film nodig.

Spanning en verrassing?

Tja, Lucy ontstijgt het niveau van een lekkere popcornfilm nergens. De intenties om er meer van te maken zie je bij de cast en crew en regisseur Besson best terug maar het script van Lucy is hiervoor te zwak. Lucy is leuk maar kan op geen enkele manier echt spannend worden. De film ziet er meer dan prima uit maar ook dat is niet genoeg deze boven middenklasse uit te tillen. Daarvoor is het verhaal niet sterk genoeg, de spanning niet hoog genoeg en de verrassing niet scherp genoeg. Dus, lijkt Lucy interessant? Zeker. Maar dan vanuit thuis op een dvd’tje met een bak popcorn en een flinke korrel zout op de bank.

Nico Hoeijmans