door: Immy Verdonschot
Al sinds hun studie zijn Albert ’t Hooft en Paco Vink twee regiehanden op een buik. Hun afstudeerfilm Paultje en de Draak was gelijk goed voor diverse awards, hun korte film Fallin’ Floyd was vorig jaar de publieksfavoriet van het Holland Animation Film Festival. Nu presenteert het duo hun eerste lange animatiefilm, in lekker ouderwetse 2D: Trippel Trappel Dierensinterklaas. In de stijl van een duo-interview – een opzet die in de Dagkrant van het Nederlands Film Festival wordt gebruikt, waar dit interview eerder in gedrukte vorm verscheen – stelde Immy Verdonschot beide heren dezelfde vragen. Lees hier het resultaat. Als eerste is Albert ‘t Hooft aan de beurt:
Paco en jij werken al samen sinds jullie studie. Wat is het geheim van een goed huwelijk?
“Vertrouwen in elkaar, hoe cheesy dat ook klinkt. En respect en bewondering voor elkaars talent. Over huwelijk gesproken: toen wij naar de Kamer van Koophandel gingen om Anikey Studios in te schrijven, was het 14 februari. In die zin zijn we dus getrouwd op Valentijnsdag, haha.”
Wie tekende het meeste getrappel van jullie tweeën?
“Paco is de betere tekenaar. Ik hou me bezig met de postproductie, de montage en eigenlijk alles om het tekenen heen. Bij zo’n grote productie als Trippel Trappel Dierensinterklaas heb je wel tien petten op. We vullen elkaar aan. Of Paco en ik wel eens ruzie maken? Er is weleens onenigheid. Maar met een checklist van plus- en minpunten komen we er altijd uit. We willen allebei het beste voor de film.”
Op welk personage uit Trippel Trappel lijk je het meest?
“Op de rat! Dat is dan voornamelijk qua fysiek voorkomen, want ik ben niet zo hebberig. Wat karakter betreft lijk ik dan meer op Knijn. En Paco? Die heeft wel iets weg van Fretje. Maar het leukste personage van het stel vind ik Rat. Hij is een hebberig karikatuur met wat meer diepgang. Een goeie schurk.”
Toen jullie aan Trippel Trappel begonnen was de Zwarte Piet-discussie nog niet opgelaaid.
“We waren al drie jaar aan de gang toen die discussie in alle hevigheid uitbarstte. Maar veel pijnpunten, zoals de rode lippen en de krullenbol zitten er bij ons niet in, omdat we ons niet baseerden op dat stereotype. In de nachtscènes hebben we een blauwe gloed getekend, waardoor de huidskleur niet eens duidelijk is. De interpretatie van onze Pieten blijft open. Die keuze pakte dus goed uit. En da’s geen flauwe woordspeling.”
Terwijl de meeste animatiefilms in drie dimensies uit de computer komen rollen, kiezen jullie voor traditionele tekeningen. Zijn jullie soms digibeet?
“Wij houden van een klassieke stijl. Dat vinden we mooier dan een 3D-figuurtje dat eruit ziet als plastic. In Trippel Trappel zie je dat we de schetslijnen hebben behouden. Dat heet de xerox-stijl, die ken je misschien wel van The Jungle Book. Ze zijn wat dikker, heel ambachtelijk.”
Wat is de beste animatiefilm aller tijden?
“Who Framed Roger Rabbit. Als ik ooit creatief vastloop, dan zet ik die film op. Vooral The Weasels als Toon Patrol, en Smart Ass, Greasy, Psycho, Wheezy en Stupid, zijn hilarisch.”
Hoeveel tekeningen zitten er in Trippel Trappel? Je mag er vijf naast zitten.
“In de film zitten 95.621 beelden. Nee, wacht! Maak er maar 96.521 van. Dat komt dan neer op 48.260 tekeningen, want het beeld blijft twee keer zolang staan. Als editor moet ik het toch beter weten dan Paco.”
Jullie zijn vijf jaar bezig geweest met Trippel Trappel. Dat wordt in 2019 dus een kerstfilm?
“Over vijf jaar is er sowieso een film, maar op het moment zijn we voor anderen aan het werk én aan verschillende versies van Trippel Trappel. Zoals de Franse en Vlaamse variant. En een Canadese salesagent probeert hem nu in het buitenland te verkopen. Ik wil zeker nog een tweede lange film maken, maar eerst even een momentje uitrusten.”
Het is pakjesavond en jij hebt Paco’s lootje getrokken. Wat krijgt hij?
“Een Playmobil piratenset, want Paco is gek op piraten. Maar… hij houdt ook van apen. Ach, dan maak ik een combinatie en wordt het Monkey Island. Al zou hij mij er niet mee laten spelen.”
En welke surprise krijg jij van Paco?
“Toen ik vijf was, wilde ik van Sinterklaas zo’n Star Wars AT-AT Walker. Nooit gekregen, helaas. Misschien is dat een mooie hint voor Paco.”
Vervolgens is Paco Vink aan de beurt. Aan hem werden dezelfde vragen – enkele weliswaar gespiegeld – gesteld. Hieronder zie je zijn antwoorden:
Albert en jij werken al samen sinds jullie studie. Wat is het geheim van een goed huwelijk?
“Je moet in staat zijn met elkaar te discussiëren. Kritisch blijven en elkaar scherp houden. Maar vooral ideeën over en weer pingpongen.”
Wie tekende het meeste getrappel van jullie tweeën?
“Ik heb het meeste potloodkilometers gemaakt, zoals dat heet. Ik tekende de meeste storyboards en de schetsen voor de preproductie. Met storyboards ben je eigenlijk al aan het regisseren, op papier. De betere tekenaar? Dat ben ik. Mag ik dat zeggen zonder al te arrogant over te komen? Sorry Albert! Dat ligt meer aan de dynamiek en zo is de verdeling tussen onze taken. Of we wel eens ruzie maken? Ja, in de preproductiefase zijn er wel eens flinke discussies. Maar we hebben beiden het beste voor ogen met de film, dus het is geen winspelletje. We zoeken samen naar een oplossing.”
Op welk personage uit Trippel Trappel lijk je het meest?
“Op Fretje, vooral vanwege zijn jongensachtige enthousiasme. Dat heb je wel nodig bij het lange traject van animatie. Om de spirit erin te houden. En Albert? Zelf zei hij waarschijnlijk Rat. Die vindt hij ’t leukst. Net zoals ratten is Albert soms liever lui dan moe. Niet dat hij zo bekakt is als Rat trouwens! Maar wel zo relaxed.”
Toen jullie aan Trippel Trappel begonnen was de Zwarte Piet-discussie nog niet opgelaaid.
“Voor het ontwerp van onze Piet hadden we sowieso niet het stereotype als uitgangspunt. Dat vonden we een achterhaald idee. Onze Pieten zijn niet wit en zeker niet pikzwart. Het zijn gewoon Spaanse jongens met een lekker gezond tintje van de zon. We hebben ze stoer neergezet, door ze als actiehelden met Spiderman-achtige bewegingen over de daken te laten klauteren.”
Terwijl de meeste animatiefilms in drie dimensies uit de computer komen rollen, kiezen jullie voor traditionele tekeningen. Zijn jullie soms digibeet?
“Op de academie heb ik wel aan 3D-technieken geproefd, maar van jongs of aan ben ik al aan het tekenen en dat voelt voor mij gewoon veel prettiger. Die 3D-look spreekt me niet zo aan. Trippel Trappel bevat overigens wel een aantal 3D-composities. Die waren uitbesteed aan Polder Animation. Zij hebben onze 2D- en hun 3D-beelden mooi geïntegreerd.”
Wat is de beste animatiefilm aller tijden?
“The Jungle Book. Door die film wilde ik als kind al animator worden. Het moet de eerste tekenfilm zijn die ik in de bioscoop zag. Die film is zó knap geanimeerd, en met zoveel plezier. Het is echt werk van animatoren op de top van hun kunnen. Ook vandaag de dag nog steeds geweldig om te bekijken.”
Hoeveel tekeningen zitten er de film? Je mag er vijf naast zitten.
“De schatting was ooit 55.000. Volgens mij heeft niemand het nageteld. En ik meen zo’n 650 achtergronden. Tellen die ook mee? Ik zou eigenlijk snel een rekensommetje moeten maken, maar daar ben ik nu te lui voor. Hou het maar op 50.000 beeldjes in de film.”
Jullie zijn vijf jaar bezig geweest met Trippel Trappel. Dat wordt in 2019 dus een kerstfilm?
“Dát weet ik niet, maar waarschijnlijk wel een andere film. We gaan ons eerst rustig oriënteren op onze toekomstplannen. Dit was natuurlijk onze eerste lange film. Nu werken we aan storyboards voor een kindertelevisieserie, over twee schattige hondjes. Meer mag ik nog niet verklappen.”
Het is pakjesavond en jij hebt Alberts lootje getrokken. Wat krijgt hij?
“Een vakantie! Daar is hij wel aan toe. Hij heeft in Trinidad gewoond, dus misschien naar Jamaica. Aan de dure kant voor een surprise, maar het gaat om het idee. En er komt beslist een gedicht bij!”
En welke surprise krijg jij van Albert?
“Hij heeft waarschijnlijk een chocoladeletter gezegd, haha. Ik word binnenkort vader, dus misschien iets voor mijn zoontje? Vorig jaar hebben we trouwens een surpriseavond gedaan met de hele studio. Wie weet organiseren we dit jaar wel een reünie voor het hele Trippel Trappel-team. Dat zou leuk zijn.”
Immy Verdonschot
GESCHREVEN DOOR
