Recensie | The Escape Artist (Raymond Doetjes)

Door de post 7 Films over goochelen, geschreven door mijn collega Dava van Gulik, dacht ik ineens aan de oude klassieker The Escape Artist, een film die in Europa weinig het licht heeft gezien. Is de film een Blast of mag hij bij het oud vuil net als Now You See Me 2?

Titel: The Escape Artist
Regisseur: Caleb Deschanel
Scenario: Melissa Mathison, Stephen Zito
Cast: Raul Julia, Griffin O’Neal, Desi Arnaz, Teri Garr, Joan Hackett, Gabriel Dell
Speelduur: 96 minuten
Genre: Drama
Release: 1982

De 16 jaar oude goochelaar Danny Masters (Griffin O’Neal) loopt weg van huis om bij zijn tante Sibyl (Joan Hackett) en oom Burke (Gabriel Dell) in hun magische act mee te doen. Zijn oom wilt duidelijk niet veel van hem hebben en tracht Danny te demotiveren. Zijn tante, die meer blijkt te zijn dan alleen een goochelaar, ziet haar overleden broer in de jonge Danny terug en wilt hem juist graag zien optreden net als zijn overleden vader. Wanneer Danny de nare zoon Stu Quiñones  (Raul Julia) van de corrupte burgemeester (Desi Arnaz) ontmoet en uit wraak zijn portemonnee rolt, valt hij ongewild in een wereld van corruptie. Hij gebruikt zijn ontsnappingskunsten om met een ogenschijnlijke media stunt de corrupte burgemeester aan de buitenwereld te verraden. Tijdens dit proces ontdekt hij zichzelf en wat er daadwerkelijk met zijn vader is gebeurd.

The Escape Artist

Analyse

Francis Ford Coppola is geen vreemde als het gaat om kleine verhalen te produceren en de regisseur Caleb Deschanel is niet bang om een relatief langzaam verhaal  in beeld te brengen – 60 minuten om uit een gevangenis te ontsnappen als ogenschijnlijke publiciteitsstunt.

Het mooie van deze film en verhaal zijn de enorme kleine nuances. Danny loopt rond in een blauw kostuum, hetgeen hetzelfde blauw is als een Amerikaanse brievenbus. De verdwijn act die we zijn tante zien doen, komt later terug op een belangrijk moment voor Danny, maar in een hele subtiele en symbolische manier. We zien dat Danny en zijn tante iets bijzonders gemeen hebben echter wordt dit heel subtiel gedaan.

Er worden geen handen van andere goochelaars gebruikt om de trucs te doen. De 16 jarige Griffin O’Neal heeft alle effecten, alsmede het enkelhandig jongleren moeten leren tot in den treuren toe; wanneer hij beweerde klaar te zijn voor een opname moest hij auditie doen en veelal werd hij door de consultant (Ricky Jay, onder ons goochelaars zeer bekend) weer terug gestuurd om verder te leren – helaas hebben de meeste goochelaars tegenwoordig niet zo’n ijzeren discipline.

Het acteerwerk van vooral Raul Julia (dit was een geweldig acteur) is visueel sterk. Waar zijn dialoog niet erg sterk is, is zijn voorkomen krachtig en spreekt boekdelen. Er is één bijzondere scene waarin Raul Julia, zich ineens als een kleuter gedaagd en bij zijn vader de burgemeester op schoot gaat zitten. Het is een zeer ongemakkelijk situatie voor de kijker om een volwassen man zich te zien gedragen als kleuter.  Uit het filmcommentaar bleek dat deze scene geïmproviseerd was, nadat de sfeer op set behoorlijk vergalt was. Raul en Desi zijn ook echt elkaar aan het treiteren terwijl ze hun tekst spreken. Het moment waarin Raul de stoel met Desi omgooit, was ook niet gepland en de woede op de oude Desi z’n gezicht is te zien. Als een ware professional blijft hij in zijn rol. Wij als kijker voelen dat er iets heel raars is aan deze scene en dat is de ware reden.

Er zitten wat vreemde plotgaatjes in het verhaal, maar eerlijk gezegd merkte ik die pas op na de 3de keer zien van deze film. Het is een vrij sobere- en langzame film wat eigenlijk wel past. Het plot- en de uiteindelijke plottwist zijn enigszins verfrissend. En voor de goochelaars en ontsnappingskunstenaars is er veel herkenbaars te zien en zal het duidelijk zijn dat er geen artistieke vrijheid voor de film is genomen om het plot sneller te laten lopen. Bijzonder is ook dat de film in 1980 geschoten is, kort na The Black Beauty (ook van Coppola’s productiebedrijf), maar pas in 1982 is uitgebracht.

The Escape Artist

Conclusie

Zoals de meeste jaren 70 en 80 films is de pacing van The Escape Artist een beetje traag, maar dit past bij de setting van het verhaal. In de basis gaat het immers over een 16 jarige knul, die zichzelf ontdekt en realiseert dat hij niet meer in de schaduw van zijn vader hoeft te staan en vooral zijn eigen persoon is. Dan het enorme contrast met de 30 plusser; Stu (Raul) die eigenlijk nog steeds in de schaduw van zijn vader staat en zich niet los weekt ondanks dat hij stelselmatig geïntimideerd en gekleineerd schijnt te worden – de rijkdom is voor hem belangrijker dan zichzelf vinden en ontwikkelen.

De ondersteunende kleine rol van Danny z’n tante, is erg krachtig. Door bewust niets te vertellen over hoe de vader van Danny precies is overleden tijdens een ontsnapping, gaat Danny zelf op zoek naar zijn grenzen en de waarheid. De sterke mentale gave die zijn tante heeft is een belangrijk element.

Ik denk dat The Escape Artist vooral een film is voor mensen die sterke karakter films kunnen waarderen, dan wel goochelaars, mentalisten en ontsnappingskunstenaars. Het heeft door de jaren een beetje van zijn glans verloren maar is nog steeds een unieke fijne film.  

Raymond Doetjes, Subliminal Artist Productions

★★★☆☆